De naam ‘Prins’ aan een zijden draadje
auteur: Joost Doef
bron: Kistemaker archief
Een van de nakomelingen in het geslacht Prins. Roelof Prins en Geertje Sluijs. Verhaal te lezen in het jaarboek van 2019
Waar kom jij vandaan? Van hoe lang is het al terug dat er feiten bekend waren over je familie? Onze voornamen hebben onze ouders bedacht en gegeven. Maar onze achternaam, onze familienaam, die wordt eigenlijk steeds doorgegeven van geslacht op geslacht. Zo gaat dat in principe altijd, hoewel daarin tegenwoordig ook wel wat verandering is waar te nemen. Nu kan en mag het even anders dan vroeger. Tijden veranderen. Tegenwoordig kan een ouderpaar officieel kiezen welke achternaam het kind gaat krijgen. Van de vader of de moeder. Maar we moeten niet denken dat dit iets nieuws is. Eeuwenlang kregen de kinderen volgens regel de achternaam van de vader. Maar er zijn voorbeelden bekend van heel vroeger dat van die, in principe vanouds bestaande, regel afgeweken werd.
De historicus Piet Kistemaker schreef er het volgende artikel over in “Proza en Poëzie”, uit 1978: (bijna letterlijke tekst)
Het is bekend dat er voor de Burgerlijke Stand nogal gemakkelijk van naam verwisseld werd. Een rijke suikeroom of -tante had veel kans vernoemd te worden. Tenminste, als een royale pillegift daar aanleiding toe gaf. Ook als een naam uit de familie dreigde verloren te gaan. Dan werd de jonggeborene met die naam gedoopt. Zo ging dat ook in de familie PRINS.
Als stamvader nemen we aan: Jan Teeuwisz., “of anderszins Prins“. Dit omdat hij de eerste is die Prins (ook “Princen“) genoemd werd. Waarschijnlijk was hij een zoon van Teeuwis Nansz. en Trijn Folkerts‘, die te Wervershoof de volgende kinderen lieten dopen:
1 Griet 18-3-1629
2 Folkert 9-11-1631
3 Pieter 14-9-1635
4 Jan 6-9-1636
5 Harmen 8-7-1640
6 Griet 9-3-1642
7 Pieter 6-3-1644
8 Bregt 17-12-1645
Voordat Andijk zelf een kerk had, werden veel kinderen in Wervershoof gedoopt. Het was gemakkelijker bereikbaar dan de streekdorpen Grootebroek en Lutjebroek die per wagen bereikbaar waren via Enkhuizen (bovendijks) of via Westwoud, want de Tolweg was er nog niet. JAN TEEUWISZ PRINS trouwde wat laat, plm. 1665, niet te Wervershoof, met AEF CLAES‘.
Van hen werden te Wervershoof gedoopt:
1 Pieter 25-12-1666
en te Andijk:
2 Jan 26-12-1669 volg: II-1
3 Teeuwis 24-4-1672
5 Trijn 23-9-1674 volg: II-3
6 Volkert 31-1-1677 volg: II-2
7 Nanne 17-3-1680
8 Griet 30-8-1682 trouwt 1705 met Pieter Hermansz. Kort
9 Brecht 9-2-1685 trouwt 1709 met Sijmen Claesz. de Backer, broeder van Pieter en Reindert Cooyman
II-1
JAN JANSZ. PRINS, ged. Andijk 26-12-1669 begr. aldaar 3-5-1716, tr. Andijk 6-1-1697 Trijn Dirks‘, jongedogter van Andijk.
Van hen werden te Andijk gedoopt:
1 Geert 9-3-1698
2 Geert 20-12-1699
3 Aaf 30-10-1701, begr. 28-1-1730, tr. 14-1-1720 Dirk Jansz. Best
Trijn Dirks werd op 2-11-1701 te Andijk begraven als “Trijn de vrouw van Jan Jansz. van de boede met twee kinderen in een kist“, dus als zovelen “in de kraam” gestorven.
Jan Jansz. Prins hertrouwde 11-2-1703 te Andijk Marij Jans‘, jongedogter van Andijk. Van hen werden te Andijk geen kinderen gedoopt.
II-2
VOLKERT JANSZ. PRINS, ged. Andijk 31-1-1677, begr. aldaar 16-4-1736. Hij trouwt Andijk 17-1- 1700 Alijt Hermens‘, jongedogter van Andijk, enz. Van hen werden te Andijk gedoopt:
1 Nanne 11-7-1700
2 Griet 25-12-1701
3 Griet 15-7-1703, tr. 1730 Pieter Pietersz. Man, in 1734 Dirk Jansz. Best., wedn. v. Aaf Jans‘ Prins
4 Pieter 24-9-1704, tr. 1730 Aaltje Pieters’
5 Jan 30-6-1706
6 Herman 6-6-1708
7 Herman 20-4-1710
8 Jan 13-3-1712, tr. Neeltje Claes‘ van Lutjebroek
9 Herman 15-4-1714
Maar nu! II-3
TRIJN JANS‘ PRINS, ged. Andijk 23-9-1674, begr. aldaar 13-5-1713, trouwt vrij laat op 20-3-1707 met wedn. Gerrit Feeksz. PAN, geb. 16.., begr. aldaar 12-4-1714.
Van hen werden te Andijk gedoopt:
1 Jan 24-10-1695 als “Jan Pan”
2 Maartje 17-3-1697, tr. 28-1-1720 Jan Jansz. Dral
3 Louw Gerrits 16-1-1701, tr. 30-1-1729 Aaf Jacobs’, weduwe
4 Geert 25-1-1699
5 Pieter 8-2-1705, tr. 26-2-1730 Aaf Pieters’ en 20-1-1743 Dieuwertje Gerrits’ van Oostwoud
Al deze kinderen heetten dus PAN.
In 1710 was Trijn Jans‘ Prins weer in blijde verwachting. En op 31-8-1710 werd haar zoon gedoopt als Jan Prinsz.! Waarom geen PAN? Volgens onze begrippen zou hij zo moeten heten. Maar… een Jan Pan (haar eerste zoon) was er al en nu al 15 jaar oud. En de naam Prins dreigde verloren te gaan, want stamvader Jan Teeuwisz., “of anderszins Prins“, was juist dat jaar 1710 op 29 april begraven. Haar broer Jan Jansz. Prins had een Jan gehad, maar die was vroeg gestorven.
Dus werd de kleine Jan eenvoudig Jan Prins genoemd. Hij was al vroeg wees. Zijn moeder stierf toen hij nog geen twee jaar oud was en zijn vader het volgende jaar. Waarschijnlijk is Jan dus naar het weeshuis in Grootebroek gegaan, want 14 november 1734 kwam hij met attestatie (kerkelijke inschrijving) daarvandaan. Hij was toen 24 jaar en bakker geworden en kocht het bakkerijtje in de Bakkershoek te Andijk van zijn oom Sijmen Claesz. de Backer. Op 27-3-1735 trouwde hij met Neeltje Teunis‘, jongedogter van Grootebroek.
Van hen werden te Andijk gedoopt:
1 Trijntje 25.5.1736, begr.Andijk 23-12-1780, tr. 11-1-1756 Willem Jacobsz. Bankert, ook “Beemsterboer“.
Van hen werd tweemaal een “Jan Prinsz.” gedoopt. De eerste is vroeg gestorven, de tweede, ged. 4-9- 1768, leefde als Jan Prins verder. Hij was in 1786 wees en in 1830 ongehuwd in de kost bij Arien Doef en Trijntje Suiker. Naar ons begrip zou hij Jan Bankert moeten heten. Een nieuw bewijs hoe de naam “Jan Prins” bewaard moest blijven.
2 Grietje 4-10-1739
Jan Gerritsz. Prins hertrouwde te Andijk 20-1-1743 met Aaf Jans‘, jongedogter van Andijk, geb. 1700, aldaar begr. 28-10-1783. Ze kregen in ieder geval drie zoons Gerrit, gedoopt 1749, 1752 en 1755.
Jan Gerritsz. Prins werd 6-6-1765 begraven te Andijk. In 1763 was hij nog bakker, waarschijnlijk met wat veehouderij, want het was maar een klein bakkerijtje. Op 28-5-1759 verklaarde hij voor notaris Cornelis van der Deure te Grootebroek dat hij “wel en degelijk schuldig was aan Sijmon Bakker 800 guldens wegens onbetaalde gelden ter sake van een stuk grasland“. Hij beloofde 24 gulden interest per jaar te betalen vanaf 1 mei 1760. Zijn zoon Gerrit Jansz. Prins, ged. Andijk 15-6-1755, overl. aldaar 20-11-1816, trouwde Geertje Willems‘ Groot, ged. 26-10-1755, begr. Andijk 31-10-1808. Hij kwam daardoor in een meer welgestelde boerenfamilie terecht.
Van hen stamt een uitgebreid geslacht Prins. Deze nu algemeen bekende naam in onze gewesten heeft dus wel aan een zijden draadje gehangen.
Ongeveer een eeuw voor deze verwikkelingen leefde Shakespeare. Hij bezigde het nu nog steeds gebruikte gezegde: “What’s in a name“. Anders gezegd: Hoe belangrijk is een naam? Welke betekenis heeft een naam? Het gaat om wie en hoe een mens is. Niet in de eerste plaats om hoe hij of zij heet. Toch blijkt dat men het toen soms best gewichtig vond de juiste naam te geven. En misschien is dat altijd wel zo geweest.