Afgelopen jaar heeft het Poldermuseum een prachtige kinderwa- gen uit 1912 gekregen. Deze komt via dhr. K. Roorda -nu woonachtig in Frankrijk- en is dankzij bemiddeling van mw. Roefje Geutskens en Trudy Leegwater-Tensen in het Poldermuseum terechtgekomen. De fami- lie Roorda en de familie Geutskens woonden vroeger gelijktijdig op hetzelfde adres wat nu Dijkweg 296 is. Trudy Tensen was de schoolvriendin van Roefje Geutskens. 

De familie Roorda woonde aan de voorzijde van de dubbele stolp en de familie Geutskens aan de achterzijde. De boerderij is nu Rijksmonument en is vanaf 1990 in het bezit van de familie H. Bank. Deze boerderij is gebouwd in 1860 door Pieter Groot Jacobszoon en Marijtje Groot Dd. Voor de bouw hiervan stond op dezelfde plaats ook al een boerderij. Op deze plek hebben vier generaties Groot (stam Posthumius) gewoond in de periode 1757 tot 1990. 

De kinderwagen op de foto kwam van de buren van de familie Roorda: Cornelis Groot, nu Dijkweg 298. De boerderij waarin fam. Cornelis Groot woonde is in 1904 door Cornelis Groot Jacobszoon (1886- ??) en Aaf- je Visser (1888-1971) gebouwd. Na de storm van 1916 is de boerderij twaalf jaar na de bouw met schuur en stal naar achteren geplaatst. 

Cor Groot was zaadteler-tuinbouwer. Er werden drie kinderen geboren, waarvan één levenloos. Zoon Jacob, geboren in 1912 bleef ongehuwd. Jaap kreeg, door het vaker voorkomen van de naam Jaap Groot, de bijnaam Japie Kippeveer omdat hij altijd een kippenveer op zijn hoedje droeg. De kinderwagen waarin Jacob heeft gelegen is later uitsluitend als kattenmand gebruikt. 

Jaap was een goede tekenaar en bouwde forse tuin-windmolens op schaal. Ook verzamelde hij alles wat los en vast zat. Zijn moeder Aafje Vis- ser was van 1934 tot 1958 regentes van het weeshuis in Grootebroek. De zus van Jaap: Marijtje, werd geboren in 1920. Zij trouwde later met Albert Slootstra uit dit weeshuis. Later zijn beiden in Blokker een schildersbedrijf begonnen. 

Buurman K. Roorda was eens op bezoek bij Aafje Groot-Visser. Zij zei: “die kinderwagen moet naar jou toe, anders gaat deze, als ik dood ga, toch naar de bult. Ik weet dat jij de kinderwagen mooi vindt.” 

Na veel omzwervingen, zelfs via Groningen, is de kinderwagen nu in ons Poldermuseum terechtgekomen. Met dank aan de gevers!